Versie 3.40

  1. De RAR-compressiemethode "Snelste" (-m1) is gewijzigd om een sterk verhoogde compressiesnelheid en lagere compressieverhouding te bieden. Dit kan handig zijn voor taken die hoge snelheid vereisen zoals regelmatige reservekopieën. U kunt de snelheid van "Snelste" nog verder verhogen door een woordenboekgrootte van 64 KB te kiezen in plaats van de standaardgrootte van 4 MB.

  2. WinRAR kan archieven uitpakken die zijn gemaakt met 7-Zip (.7z- bestanden). De opdracht "Zoeken" wordt echter niet ondersteund voor dit archieftype. 

  3. De nieuwe schakeloptie in de opdrachtregelversie -ep3 maakt het mogelijk om volledige bestandspaden op te slaan en terug te zetten. Dit is inclusief de stationsletter. Het WinRAR-equivalent van deze schakeloptie zijn de opties "Volledige paden inclusief stationsletter opslaan" op de pagina"Bestanden/bestands- paden" van het dialoogvenster "Archiefnaam en -parameters" en "Absolute paden uitpakken" op de pagina "Uitgebreid/bestandspaden" van het dialoogvenster "Uitpakpad en -opties". 

  4. Indien u een aantal schijven hebt geselecteerd in de "Deze computer"- weergave van Windows Verkenner, en deze direct wilt comprimeren vanuit het snelmenu, zal WinRAR automatisch de optie "Volledige paden inclusief stationsletter opslaan" instellen, voordat de schijven daadwerkelijk worden gecomprimeerd. 

  5. Vanaf deze versie zullen RAR-volumes het volumenummerveld bevatten. Indien een archief is gemaakt met WinRAR 3.40 of nieuwer, kunt u het volumenummer weergeven in de bovenste regel van het dialoogvenster "Info" en in de adresbalk. In de opdrachtregelversie zal het volumenummer worden weergeven bij gebruik van de opdrachten 'L' en 'V' op de regel met informatie over de gehele volumereeks. Deze optie kan handig zijn wanneer de oorspronkelijke bestandsnamen verloren zijn gegaan en u de namen van de volumes wilt herstellen. 

  6. De schakeloptie -ag kan een optionele tekst bevatten die is omsloten door de tekens '{' en '}'. Deze tekst zal dan worden ingevoegd in de naam van het archief. Bijvoorbeeld: -agHH{uren}MM{minuten} Dezelfde optie wordt ondersteund in het veld "Archiefnaam genereren op basis van masker" van het dialoogvenster "Archiefnaam en -parameters" van WinRAR.

  7. Indien u de opdracht "Toevoegen aan favorieten" gebruikt binnen een submap van een archief, zal WinRAR de submap opslaan en deze later weer openen wanneer naar dit favoriet item wordt geopend. Vorige versies waren in staat alleen de hoofdarchiefmap te openen. 

  8. Indien u een archief op de WinRAR-adresbalk of -werkbalk plaatst, zal WinRAR de inhoud ervan weergeven in het huidige vensters, zelfs al is momenteel een ander archief geopend. Eerdere versies vroegen om een geplaatst archief toe te voegen in plaats van erin te bladeren. 

  1. WinRAR kan archieven uitpakken die zijn gemaakt met het Unix- 'compressie'-programma (.Z-bestanden). Net zoals dit met GZIP- en BZIP2-archieven zal gebeuren, zal WinRAR tar.Z en .taz-bestanden in een enkele stap openen, waardoor gebruikers niet handmatig het .tar-bestand hoeven uit te pakken. 

  2. Nieuw dialoogvenster "Beveiliging" bij de instellingen van WinRAR:

    a) De optie "Uit te sluiten bestandstypen bij uitpakken" voorkomt het uitpakken van potentieel gevaarlijke bestanden zoals .EXE, .SCR en .PIF-bestanden; 
    b) De optie "Vragen naar keuze virusscanner" wijzigt het standaardgedrag van de opdracht "Archief controleren op virussen". U kunt dit uitschakelen indien u het dialoogvenster met de virusscannerkeuze wilt overslaan.

  3. U kunt direct volledige schijven selecteren en comprimeren in de "Deze computer"-weergave van WinRAR. Kies eenvoudigweg "Deze computer" in de adresbalk van WinRAR, waarna u de schijven kiest die u wilt comprimeren. Druk daarna op "Toevoegen". Indien u meer dan een schijf hebt gekozen, zal WinRAR automatisch de optie "Volledige paden inclusief stationsletter opslaan" aanzetten. 

  4. De nieuwe schakeloptie -oc in de opdrachtregelversie kan gebruikt worden om het NTFS-bestandskenmerk "Gecomprimeerd" terug te zetten bij het uit- pakken van bestanden. RAR slaat altijd het kenmerk "Gecomprimeerd" op bij het maken van een archief, maar zet deze niet terug tenzij de schakel- optie -oc is opgegeven. 

  5. De opdrachten 'L' en 'V' geven het NTFS-bestandkenmerk "Gecomprimeerd" weer in het archiefoverzicht. 

  6. Indien de schakeloptie -ac is opgegeven, zal RAR niet het kenmerk "Archief" weghalen bij die bestanden, wier grootte of wijzigingstijd is aangepast nadat is begonnen met comprimeren. Bestanden die dus zijn gewijzigd nadat ze zijn toegevoegd aan een archief en voordat het kenmerk "Archief" is weggehaald, zullen worden opgenomen in de volgende incrementele reservekopie. Ditzelfde geldt voor de optie "Bestandskenmerk "Archief" weghalen na comprimeren" in WinRAR.

  7. Bij het bewerken van gearchiveerde bestanden, vraagt WinRAR om deze direct bij te werken nadat is gedetecteerd dat het bestand is gewijzigd. Eerdere versies wachtten totdat het externe programma waarmee het bestand gewijzigd werd, was beëindigd voordat een gewijzigd bestand werd bijgewerkt. 

  8. Een fout in de verwerking van corrupte LZH-archieven hersteld om een mogelijke crash te voorkomen bij het lezen van ongeldige bestandskoppen van LZH-archieven.

Eerst even testen?

Download snel uw 40 dagen gratis probeerversie van RAR of WinRAR!

Download de testversie Disclaimer